Iedereen heeft gevoelens en emoties. Soms ben je blij, boos, verdrietig, angstig enzovoorts. De ene keer zijn die gevoelens prettig, de andere keer niet. Wat prettig is en wat niet, is voor iedereen verschillend. Belangrijk is om je gevoelens te herkennen en uiten. Het uiten van je gevoelens kan soms moeilijk zijn.

De volgende punten kunnen je helpen gevoelens te herkennen.

Situaties beoordelen

Wat voor de een prettig is, kan voor een ander niet leuk zijn. Het is goed om van jezelf te weten wat jij in bepaalde situaties wel en niet prettig vindt. Hoe voel jij je als je naar de film gaat, met de metro gaat reizen, te laat komt op een feestje of iemand dichtbij je komt? Wat vind je wel een leuke grap, en wat niet? Durf je er dan iets van te zeggen?

TIP:
Ga gedurende een week eens bij jezelf na wanneer je nu een prettig en een onprettig gevoel kreeg. Bedenk hoe dit komt en hoe je er mee om gaat of wilt gaan. Hoe doen anderen dit?

Je grenzen aangeven

Persoonlijke ruimte
Voor iedereen is het belangrijk om een ‘eigen plek’ te hebben. De plaats die je kiest in de ruimte kan ook veel over jezelf vertellen. Ga je bij een verjaardagsfeestje tussen andere mensen zitten, of zonder jij je af? Wat vind je ervan als een dokter jouw bloed moet onderzoeken? Hoe vind je het om je te moeten uitkleden voor lichamelijk onderzoek bij je arts?

Grenzen
Wanneer je ondersteuning nodig hebt van anderen, bijvoorbeeld voor je zorg, kan het moeilijk zijn om mensen toe te laten tot je persoonlijke ruimte of “eigen plek”. Wees je bewust van je eigen ruimte en het feit dat ook jij je grenzen moet stellen. Je herkent je grens door goed naar je gevoel te luisteren. Geef goed je grenzen aan bij anderen.

Durf (hulp) te vragen

Soms moet je hulp vragen aan anderen. Hulp vragen is één ding, de manier waarop is een tweede. Hoe je dat doet, is afhankelijk van hoe je in je schoenen staat. Maar bedenk dat je niet ‘klein’ of ‘minder’ bent als je een beroep op iemand doet. Het is een hele kunst om op een goede manier hulp te vragen. Maar voor anderen is het gemakkelijker om je te helpen als je goed aangeeft wat je wilt. Jij moet het mogelijk maken dat ze zich in kunnen leven in jouw situatie. Daarvoor heb je geduld en gevoel nodig. Je eigen regie voeren bestaat vaak uit hulp vragen wanneer het nodig is, zeker als je bijvoorbeeld voor je dagelijkse zorg afhankelijk bent van anderen.

TIP: Bij het stellen van vragen

  • Bedenk van tevoren wat je precies wilt vragen
  • Zeg dat je iets wilt vragen
  • Stel duidelijk je vraag
  • Leg uit waarom je het vraagt
  • Luister naar het antwoord
  • Zeg wat je van het antwoord vindt

TIP: Bij kennismaken

  • Loop naar de ander toe
  • Kijk de ander aan
  • Geef de ander een (stevige) hand
  • Zeg duidelijk je naam
  • Luister goed naar de naam van de ander

Durf nee te zeggen

Je kunt vast situaties bedenken waarin je het moeilijk vindt om nee te zeggen. Het kan je helpen als je je ervan bewust wordt waarom je dat moeilijk vindt. Daarnaast kun je leren om op een vriendelijke manier nee te zeggen. Dat heet ook wel assertief zijn. Je hebt situaties waarin iemand je iets vraagt waar je nee op wilt zeggen maar ook kan iemand iets doen wat je niet wilt. Hieronder volgt een aantal tips voor beide situaties.

TIP: ‘Nee zeggen’ als iemand je een vraag stelt

Luister goed naar de vraag van de ander en ga na hoe jij je hierbij voelt. Als je een onprettig gevoel hebt, geef dit dan duidelijk aan. Geef hierbij ook aan waarom je het niet wilt. Ook als iemand blijft aandringen is het belangrijk om je eigen gevoel te blijven volgen.

TIP: ‘Nee zeggen’ als iemand iets bij je doet dat je niet wilt

Als iemand iets doet waar je je onprettig bij voelt is het belangrijk om dit duidelijk aan te geven. Ook als iemand blijft aandringen hoef jij niks te doen waar jij je niet prettig bij voelt.

Jouw grenzen stellen in 3 zinnen

Heb je moeite met helder krijgen wat nu echt jouw grenzen zijn? Probeer deze 3 zinnen dan eens op verschillende manieren af te maken en kom er zo achter:

1. Anderen mogen niet …

Bijvoorbeeld:
“Anderen mogen niet in mijn spullen neuzen.”
“… mij ongegrond bekritiseren.”
“… mij voor gek zetten waar anderen bij zijn.”

2. Ik heb het recht om te vragen om …

Bijvoorbeeld:
“Ik heb het recht om te vragen om privacy.”
“… hulp in het huishouden van het gezin.”
“… tijd voor mezelf.”

3. Om mijn tijd en energie te beschermen is het geoorloofd om …

Bijvoorbeeld:
“Om mijn tijd en energie te beschermen is het geoorloofd om mijn telefoon in het weekend op stand-by te zetten.”
“… van gedachte te veranderen.”
“… een ruimte in huis alleen voor mezelf te houden.”

Bron: Assertief.nl